Enkele weken geleden heb ik met veel fascinatie gekeken naar het webinar van ECBO. Daarin werd schrijver en onderwijsadviseur Ben van der Hilst geïnterviewd. Hij vertelde over hoe je met je team een centrale plek krijgt in je school. En dan bedoelt hij niet een team dat heel goed is in braaf een curriculum voltooien en diploma’s ophoesten. Hij bedoelt een team dat zich verbindt aan een groep studenten om gezamenlijk de verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van die groep op zich te nemen. Dat is nogal wat. Daarmee vraagt Van der Hilst iets aan een mentor of vakdocent wat hij of zij niet gewend is. Teamgecentreerde Arbeidsorganisatie noemt hij dat en het doel is te komen tot een waarachtige vorm van gepersonaliseerd leren waarbij elke individuele student in zijn of haar kracht komt te staan.
In het MBO College Zuidoost zijn we begonnen met – wat wij noemen – Teammentoraat. Teammentoraat heeft vele overeenkomsten met de Teamgecentreerde Arbeidsorganisatie. Sterker, Teammentoraat is deels geïnspireerd op een eerder concept van Van der Hilst: De Blauwdruk voor de Emergente School. Emergent staat voor het spontaan optreden van inzichten door de samenwerking tussen docenten. Het verschijnsel dat nieuwe ideeën en nieuwe structuren ‘oppoppen’ (Engels: ‘to emerge’) vanuit contacten tussen mensen. Het geheel is door de interactie meer dan de som der delen, één plus één is soms drie, aldus Van der Hilst.
In het MBO College Zuidoost bespreken de mentoren van een team hun problemen en uitdagingen door middel van Teammentoraat met elkaar. Die collega’s hebben nagedacht over de betekenis van autonomie en verbondenheid. Bijvoorbeeld door zich af te vragen hoe je controle en vrijheid combineert en hoe je de waarde van je lessen verantwoord. Zijn die lessen een gegeven of denk je – eigenlijk elke keer – na over de betekenis voor je studenten die voor je neus zitten? Als de antwoorden op deze vragen een plek hebben gekregen, start het team met casuïstiek. Casuïstiek met als doel het uitwisselen van kennis en maatwerk in de begeleiding.
We zijn werkenderwijs op zoek naar kaders van Teammentoraat dat leidt tot gepersonaliseerd leren én gepersonaliseerd begeleiden. Alles afgestemd op de mogelijkheden en voorkeuren van de student. En gepersonaliseerd leren betekent natuurlijk niet dat de studenten individueel aan de slag moeten. In tegendeel: ze zitten gewoon in een klas waar de dynamiek van belang is.
Wat was er nu zo fascinerend aan dat ECBO-webinar? Ik denk dit: Van der Hilst legt uit dat gepersonaliseerd leren, door middel van Teamgecentreerde Arbeidsorganisatie – bij ons dus Teammentoraat – wordt gehinderd door een enorme behoefte aan standaardisatie. Vanuit zowel het management als docenten. Dat is het! Hoe komen we een beetje los van die behoefte? Bij mij op school is er over een maand een onderwijsdag voor alle medewerkers. De collega’s die werken met Teammentoraat zijn dan uitgenodigd om te vertellen over de effecten. Ik hoop dat we kunnen horen dat Teammentoraat een inspirerende vorm van samenwerken is en dat het maatwerk tevreden studenten oplevert. Mogelijk groeit dan de animo voor gepersonaliseerd leren.
Jac. de Wit is docent Omgangskunde en Leerwerkcoach voor het ROC van Amsterdam. Vanuit die laatste rol begeleidt hij jongeren naar een passende opleiding òf passend werk. Hij is vader van twee tieners en ondergedompeld in de wereld van de adolescent. Ondertussen is hij gestart met de Master Pedagogiek en is sinds twee jaar als onderzoeker aangesloten bij de Werkplaats Onderwijsonderzoek Amsterdam. Zie: https://woa-vo-mbo.kohnstamminstituut.nl/ Thuis en op school maakt hij leuke, leerzame dingen mee die gaan over motivatie, adolescentie en loopbaanontwikkeling. Hij vindt het fijn om daarover te schrijven, omdat het soms indruk maakt, soms om te lachen is en ook… omdat hij over die thema’s een mening heeft.
Jac. Je slaat de spijker op z’n kop. Het onderwijs is nu zo ingericht om een leerling zo snel mogelijk diploma’s certificaten of leerdoelen te laten halen. Vaak wordt er niet eens gevraagd aan de student, wat wil je en op welke manier wil je het bereiken. Er wordt ook te weinig naar de naaste omgeving waarin student opgroeid gekeken. Hobbies wordt bij de intake naar gevraagd, maar vervolgens wordt daar tijdens de studie weinig mee gedaan. Ik denk dat vrijer daar mee omgaan kan leiden tot meer inzicht en ook meer vreugde bij de student. En dat moet dan inderdaad per leerling/student bekeken worden. Zo geef je de leerling/student ook meer verantwoordelijkheid en krijgt hij/zij minder het gevoel van “ ik moet weer iets”
Als je een team hebt die deze vorm van leren stimuleert zal je volgens mij ook zien, dat het team er van gaat leren. Een win win situatie.